Doe-opdrachten tijdens een quiz kunnen wel eens gedoe zijn, waar een ervaren zaalquizzer graag ver van weg blijft. Men komt immers om te quizzen, niet om voor een zaal van een honderdtal personen te jongleren, rond te springen of – godbetert – een liedje te playbacken. Toch kunnen doe-opdrachten, zeker op een ludieke quiz met minder doorwinterde quizzers, een meerwaarde zijn! In wat volgt, leggen we uit hoe doe-opdrachten het best in een quiz kunnen worden geïntegreerd.
Ken je doelpubliek
Eerst en vooral dien je te bepalen wie de doe-opdrachten dient te spelen. Het ligt misschien voor de hand om alle ploegen tegelijk aan hun tafel een opdracht te laten uitvoeren. Dat is leuk, maar logistiek niet makkelijk en je kan er ook geen ‘echte’ doe-opdrachten van maken.
Je kan er ook voor kiezen per opdracht willekeurig enkele ploegen uit te kiezen die een afgevaardigde naar voor sturen, in het achterhoofd houdend dat uiteindelijk alle ploegen aan de beurt moeten komen. Ook daar zijn er echter wel enkele valkuilen waar je jezelf op moet voorzien.
Quizzers zijn ook maar mensen
Wat je ook beslist, een eerste valkuil waarop je moet letten is dat de doe-opdrachten de avond niet mogen domineren. Om ervoor te zorgen dat niemand verveeld geraakt, moet een doe-opdracht duidelijk en bondig zijn, maar op een zekere manier ook interactie met het publiek veroorzaken. Enkele voorbeelden van, naar onze ervaring, goede en minder goede doe-opdrachten voor de spelers:
Minder goed:
- De spelers iets laten sorteren (bv. een boek kaarten of snoepjes op kleur)
- De spelers iets laten onthouden (bv. ‘ik ga op reis en neem mee’ of ‘een dierenketting’)
Beter, aangezien er veel meer interactie met het publiek is:
- De spelers om ter verst een papieren vliegertje in het publiek laten gooien
- De spelers laten improviseren voor het publiek (bijvoorbeeld ‘zeg eens euh’ of iets uitbeelden)
Een leuk extraatje
Wanneer je leuke doe-opdrachten bedacht heb voor je quiz, komt de tweede valkuil om de hoek kijken: de puntenverdeling. Een succesvol afgeronde doe-opdracht is naar onze ervaring best slechts evenveel punten waard als een aantal vragen. Ze mag immers niet zo zwaar doorwegen dat het de hele quiz kan bepalen, want dan maakt het goed beantwoorden van de vragen – hetgeen waar een quiz om draait – veel minder uit. Maar er mag zeker wel iets van afhangen, zodat het als een leuk extraatje gezien kan worden.
Eerlijkheid duurt het langst
Als laatste moet je erop letten dat de puntenverdeling over de verschillende opdrachten heen eerlijk verloopt. Zorg dat bij elke opdracht er een duidelijke beste speler is die met het hoogst aantal punten gaat lopen, en een verliezer die het laagst aantal punten pakt. Als bij één opdracht alle ploegen die eraan deelnemen hoog scoren, en bij een andere opdracht alle ploegen die eraan deelnemen laag scoren, dan is er iets niet juist. We illustreren dit met een voorbeeldje:
Vijf spelers komen naar voor om papieren vliegtuigjes in het publiek te gooien. Je beslist punten te geven per X aantal meter, bijvoorbeeld wie vijf meter ver gooit, krijgt het maximaal aantal punten. Even later komen vijf spelers van een andere ploeg naar voren om ‘zeg eens euh’ te spelen: wie twee minuten vol gepraat krijgt zonder fouten te maken, krijgt het maximaal aantal punten. Dat laatste is veel moeilijker dan het eerste, en de spelers die ‘zeg eens euh’ moesten spelen, zullen zich bekocht voelen. Een oplossing hiervoor is te zorgen dat de speler die zijn vliegertje het verste smijt het maximaal aantal punten krijgt, ongeacht of dat nu twee of twintig meter is. Net zoals je bij ‘zeg eens euh’ de speler die het langst geen fouten maakt het maximaal aantal punten krijgt, ongeacht of dat nu tien seconden of vijf minuten is.
Ten slotte
Wanneer je doe-opdrachten juist aanpakt en afstelt op je publiek zullen de deelnemers van je quiz met veel plezier terugdenken aan deze avond, die zich op die manier kan onderscheiden van andere quizavonden.
Ik vind dit heel intresant .mercie ,de quiz word nu heel fijn door jullie opdrachten!